Cavalerie Ere-Escorte

Ontstaan en doelstelling

De Stichting Cavalerie Ere-Escorte is in 1966 opgericht op particulier initiatief van beroeps- en reserveofficieren, met als doel om de voortzetting te bevorderen van de tradities van het Wapen der Cavalerie op het gebied van bereden ere-escortes zoals die tot 1940 werden uitgevoerd. De eerste naoorlogse uitvoeringen vonden, naast de inhuldiging van H.M. Koningin Juliana in 1948, plaats in 1966 en 1967, bij de huwelijken van respectievelijk H.K.H. Prinses Beatrix met jhr. Claus von Amsberg en H.K.H. Prinses Margriet met mr. Pieter van Vollenhoven. Sinds 1972 wordt het staatshoofd weer jaarlijks - zoals vanouds en indien mogelijk - door de Cavalerie geëscorteerd op Prinsjesdag.

Op 1 augustus 1999 werd het Cavalerie Ere-Escorte als reserve-eenheid van de Koninklijke Landmacht opgericht. Volgens het daartoe gesloten convenant met de Staat der Nederlanden bleef de stichting verantwoordelijk voor de inzetbaarheid van de ruiters, het voorzien in paarden en het beheer van ceremoniële tenuen, uitrustingsstukken en harnachementen. Defensie werd verantwoordelijk voor het activeren van de eenheid en de uitvoeringen zelf. Sindsdien is de rol van Defensie in de samenwerking gegroeid en heeft de stichting zich steeds meer toegelegd op de ondersteuning van de eenheid en het bewaren van de tradities, terwijl zij expliciet de terugvalfunctie behoudt die zij sinds 1966 heeft vervuld.

Als gevolg van de in de tijd geëvolueerde samenwerking stelt de stichting stelt zich thans ten doel om:

  1. de voortzetting te bevorderen van de bereden tradities te paard van het Wapen der Cavalerie door het Cavalerie Ere-Escorte: i) ten behoeve van Grote Ceremoniën van Staat zoals vastgelegd bij Koninklijk Besluit No. 20 van 17 maart 1815; ii) bij het Wapen der Cavalerie zelf: het opvoeren van (de) standaard(en) bij beëdigingen en commando-overdrachten alsmede bereden inzet bij herdenking van wapenfeiten van de Cavalerieregimenten; en iii) waar mogelijk en op verzoek van de Commandant Landstrijdkrachten: beperkte inzet bij (inter)nationale traditionele militaire ceremoniën, waar bereden representatie vanuit traditie of vigerend protocol gebruikelijk is;
  2. bij te dragen aan de inzetbaarheid en het voortzettingsvermogen van het Cavalerie Ere-Escorte: i) op het gebied van registratie en onderlinge verbondenheid van escorteurs, kennisborging en externe betrekkingen; ii) door inkoop, beheer en terbeschikkingstelling van tenuen, uitrustingsstukken, harnachementen en andere militair-hippische materialen en diensten; en iii) door advies uit te brengen aan en toezicht te houden op het beleid van de Commandant Cavalerie Ere-Escorte vanuit het perspectief van de langetermijnontwikkeling;
  3. het vervullen van een terugvalfunctie bij de uitvoering van bereden ere-escortes in het scenario waarin het Ministerie van Defensie (tijdelijk) geen financiële of andere middelen ter beschikking zou stellen aan het Cavalerie Ere-Escorte;
  4. en voorts al hetgeen in de ruimste zin met een en ander verband houdt, daartoe behoort en/of daartoe bevorderlijk kan zijn.

In de statuten van de stichting is Koninklijk Besluit (KB) No 20 opgenomen, dat werd geslagen op 17 maart 1815. Hierin werden, direct bij het ontstaan van het Koninkrijk der Nederlanden in 1815, de Groote Ceremoniën van Staat beschreven: koninklijke inhuldigingen, huwelijken, bijzettingen en de jaarlijkse opening van de Staten-Generaal - sinds 1887 op de derde dinsdag van september, Prinsjesdag. De escortetaken tijdens de toen nog geheten dubbelde vergadering der Staten-Generaal werden daarin vastgelegd voor een kommando kavalerie en een detachement kavalerie, als enige aan de koninklijke stoet deelnemende militaire eenheden. Dit KB is bepalend geweest voor het ceremonieel zoals dit sindsdien wordt uitgevoerd. Klik hier voor KB No 20 van 17 maart 1815.